2015 Connect the people!
Dit jaar waren we verplicht het uiteinde te vieren bij Orga.
Vele genodigden hadden dapper op laatste moment afgezegd. Maar daar wij in zijn inner circle gevangen zitten, hadden we geen keus dus wij op naar huize Orga. Bovendien had ik als goede voornemen dat dit het jaar maar moet worden van de connectie. Gewoon meer open staan voor anders denkenden. Simpel menselijke interactie, want dat heeft onze samenleving zo heel hard nodig. Dus met dit alles ontstijgende doel voor ogen was het gek genoeg geen hele grote opgave het asfalt op te gaan richting huize Orga. Maar natuurlijk niet voordat we thuis met onze eerste rol alle negatieve geesten de lucht in hadden geknald. En terwijl de buren de kliklijn bezetten, reden wij redelijk opgewekt richting ons eigen meldpunt.
Toen we de straat inreden zagen we Orga al druk bezig te zijn waar ie toch zo verdomde goed in is. Boven de autoradio uit, hoorden we hem al gillen.
“Orga! Orga!”, en eenmaal uitgestapt viel als tweede direct op; de verlatenheid van het straatje waar de Orga’s wonen. Nu hij zich niet meer roepend in desolate omgeving waande, wendde hij zich tot ons.
“Iedereen is weg!?”, echode het luid en hij hief zijn armen theatraal vragend omhoog zo van ‘hoe nu verder?’.
“Zie je wel”, fluisterde Pareltje, “zelfs mensen met tophypotheek verlaten hun kostbare huis en haard… hebben we hier wel goed aan gedaan?”
Inderdaad was de laatste jaren al de dagelijkse terreur op de gezichten van de mensen uit die buurt steeds vaker duidelijk af te lezen geweest. En nu was de meerderheid dus demonstratief naar stiltegebied vertrokken. Het lag derhalve niet helemaal aan ons, maar voordat ik verder kon denken gilde een kleine Orga dat ie bombel ging afsteken. Nou, we begrepen direct de huidige exodus want door de megaknal viel voor even het licht uit en een ongemakkelijk harde suis vulde onze oren.
We liepen om de nog rokende krater heen naar binnen waar mevrouw Orga ons in haar nieuwe geluidje verwelkomde. Trots wees ze op hun nieuwe aanwinst en scrolde vrolijk door het Spotify-aanbod waar wij niets van mee konden krijgen want door die suis begon nu beetje bloed uit onze oren te lopen. Stoïcijns, of was het routineus?, pakte de vrouw des huizes een stapel servetten van tafel die ze in onze oren begon te proppen en hief haar duim op ten teken dat alles goed zou komen. De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat inderdaad na een klein half uur ons gehoor weer langzaam begon terug te komen. En ja, hun nieuwe sound klonk zo lekker dat we recupererend alle meegebrachte etenswaren op schalen begonnen uit te stallen.
Ma had inmiddels al een strategisch plekkie in het midden van de eettafel uitgekozen en wees op vervelend adellijke wijze naar de berg appelflappen.
“Die moeten in de oven hoor want warm zijn ze veel lekkerder. Toe jongen”, in die denigrerende toon van haar, “help toch ook eens een handje zeg. En haal die handen uit je zakken… ja, laten wapperen ja!”
Ik was bijna vergeten dat Ma ook mee was, want ik had deze keer geen hernia veroorzakende koffer hoeven sjouwen. Ze was licht komen reizen want voor een enkel nachtje had ze niet veel nodig. Ma was voor even hinderlijk langs komen wippen om samen het jaar uit te gaan maar dan wilde ze wel warme flappen; dat ze me maar heel naar en continu in bleef wrijven. Ze hield maar niet op met commando’s en in mezelf besloot ik om te gaan lobbyen. Er zou toch wel iemand zijn die Ma mee naar huis kon nemen?
Het huis liep langzaam vol en tegen de tijd dat mijn hamertjes weer redelijkerwijs hun functie hadden hervonden, begon de harde muziek. Orga begon te gillen dat we allemaal de dansvloer op moesten en gedwee begonnen we voorzichtig met eerst schuifelen. Maar de muziek werd goed en voordat we het wisten; zaten we er weer helemaal in en dansten we alle pijntjes van het afgelopen jaar weg. De stemming werd zowaar uitgelaten en het ene na het ander nummer werd uitbundig afgewisseld met home-made pastei en saté van de bbq want die flappen waren natuurlijk al weer koud geworden. De drank kwam in het spel en de gasten gooiden allengs alle schroom van zich af en de eerdere suis was nu ontwikkeld in een geweldig feestgedruis.
Hard begonnen we tegen middernacht met aftellen en na het eensgezinde “Happy New Year!”, viel iedereen op de maat van de hervatte muziek in ontelbare brassa’s die maar niet leken te eindigen.
“Pagara! Pagara!”, onderbrak Orga bruut de menselijke warmte en dirigeerde het gezelschap naar buiten.
Dit jaar had Orga een nieuw hijsmechaniek geïnstalleerd op het dak opdat iedereen nog beter mee kon ‘genieten’. Het leek wel of iedere gast in het illegale circuit zat, want vele grote dozen werden opgesteld achter het kleine muurtje bij de voordeur en al snel werd de eerste door een meer dan trotse Orga uiterst geconcentreerd de lucht in getakeld. Met zeemansknoop werd de eerste rol vastgezet en boog Orga zich over het lontje. Maar voordat deze vlam kon vatten, pleurde de gehele stellage van het dak dat een pijnlijke stilte onder de aanwezige gasten veroorzaakte. In plaats van onder de harde knallen, stonden we nu met z’n alle in pijnlijke stilte te kijken naar een heel erg wanhopig gillende Orga dat door merg en been ging. Niemand durfde te helpen want dat zou zeker als een bekentenis van zijn falen worden uitgelegd en iedereen wist dat ie dan echt niet meer te genieten zou zijn. Instinctief begonnen we onze vingers te kruisen en wachtten sereen op gehoopte verlossing.
“We hebben een weigering! We hebben een weigering!”, gilde Orga hysterisch om zich heen kijkend, toen ie hard in blinde paniek de trap op rende naar het dak.
Orga was namelijk vastberaden niet van het momentum te gaan verliezen. Overdreven ijverig liep hij op het dak heen en weer, kalm en kundig bijgestaan door een uit het raam hangende vrouw Orga. Het lukte hem zowaar om zijn hoogwerker best wel vlot te repareren. En toen begon het knallende uiteinde dat meer dan onstuimig een nieuw begin inluidde voor ons allemaal en het leek wel of de buurt helemaal niet geëvacueerd was want een luid straatgejoel steeg op dat steeds luider werd. Zo werd van alles de lucht ingeblazen, dat mij op het juiste diplomatieke spoor van mijn ander goede voornemen zette. De tijd was rijp voor een succesvolle lobby. Onder de vlammen van het vreugdevuur trok ik een glasblazer aan zijn jasje en informeerde of hij geen plekkie in zijn auto vrij had voor Ma. Mijn bubble brak snel toen ie zei dat hij ook mee was met anderen en hun auto zat vol. Eenmaal weer binnen schoot ik iedereen op de dansvloer aan, om te informeren naar hun vertrektijd maar daar werd raar defensief op gereageerd want ja, het ging per slot van rekening wel om Ma. Er was er zelfs eentje die excuus opvoerde van dat ze vliegtuig moest halen. Na een snelle blik op haar horloge te hebben geworpen, rende ze vrijwel meteen hard naar buiten. Ik rende haar nog achterna, maar ze scheurde al de stenen uit de straat om haar drogreden kracht bij te zetten. Ik gilde nog, voordat ze de hoek om scheurde, dat Schiphol juist de uitgelezen drop-off-plek was, maar tevergeefs. Teleurgesteld gooide ik nog een lege doos op het vuur en toen zag ik ‘made in China’.
Eureka! Die Chinezen natuurlijk!
Binnen schiet ik onze Chinese Connexxion aan en leg mijn meer dan delicate situatie aan hen uit. Om mijn kans van slagen zo groot mogelijk te maken, eindig ik met dat ze haar gewoon op de vluchtstrook bij de afslag buiten kunnen zetten opdat ze dan geeneens om hoeven te rijden en een geel hesje hoefde ook niet.
Wel! Je kan zeggen, schrijven of denken van die Chinezen wat je wil, maar een groot hart hebben ze! Zonder enige twijfel stemden ze verrassend toe! Als onbelangrijk detail zeiden ze nog dat ze haar wel thuis zouden afzetten, tenminste dat hoorde ik niet meer want de dansvloer wachtte en zorgeloos danst toch het best.
Een beter begin van het nieuwe jaar had ik mij gewoonweg niet kunnen wensen.
2 Replies to “2015 Connect the people!”
JA, ziet er prima uit!. Mag ik hem doorlinken maar anderen?
Het WWW is openbaar hoor, van mij wel dus 😉