Wilde formatie III Taxi-oorlog in je blazertje
Hij was gekomen van over de plas. In no-time had hij zich tot ‘het’ neoliberale boegbeeld gebombardeerd en ze noemden hem in de wandelgangen zelfs al respectvol der Kaiser. Als groot voorvechter der corruptie was zijn koers zo een duidelijke geweest; dat niemand zich had afgevraagd, wat ie eigenlijk gepresteerd had. De rechtlijnigheid van zijn mennen had zo bevrijdend gewerkt op het gehele partijspan, dat zelfs de kiezers achter hem waren gaan staan. Niet het vieren der teugels, doch het aantrekken had gek genoeg zalvend gewerkt. Marcos had dat nodig gehad na die afgang op stelten. En nou kon der Kaiser zijn scepter vrijuit in het Torenkamertje zwaaien en Marcos kon er louter om lachen, uit volle borst bovendien. Blind vertrouwen had men in hun Kaiser. Zo zeer, dat de tijd nu al rijp was om aan een standbeeld te denken.
“Sta ik zo goed?”, vroeg der Kaiser. Der Kaiser stond op het plein, waar hij poseerde voor de kunstenaar die het grootste beeld ooit moest gaan maken.
“Brons! Het moet een bronzen beeld worden! Voor in de eeuwigheid.”
Der Kaiser zag zichzelf al in de geschiedenis boven al die nationale Admiraals uit tornen. Op marmeren voetstuk uit Griekenland, had hij geëist, met naamplaat uit goud. Het mocht wat kosten. Gezien zijn verworven neo-liberale status had hij dat gewoon verdiend. Echter na jaren op de achtergrond aan touwtjes te hebben getrokken, was recentelijk zijn rol dan wel achtergrond meer duidelijk geworden. Dat gebeurde; toen ie aan Jesse zijn diensten aanbood. Het was een impulsieve reactie van der Kaiser geweest. Zo eentje die uit routine ontstaat en waar je dan geen enkel kwaad in kan zien.
“Met Jesse.”
“Jesse, met der Kaiser spreek je. Dit zijn verschrikkelijke tijden en om die te verzachten, kan ik je de volgende aanbieding doen …”
“Sorrie, maar hadden we niet afgesproken de formatieonderhandelingen even on hold te zetten? Ik heb de formateuse toch tijdig ingelicht?”
“Maar juist daarom bel ik je Jesse. Ik leg namelijk net de telefoon neer met Edith en ik was zo geschrokken; dat ik je meteen moest bellen. Dus over dat pakket dat ik je aan kan bieden …”
“Nee, niks geen pakket nou. Even geen onderhandelingen nu.”
“Oh? Je denkt dat ik je uit hoofde van mijn functie bel? Excuses Jesse, ik bel uit hoofde van mijn nevenfunctie. Ik heb namelijk een bedrijfje op de kop kunnen tikken en kan je daarom juist een geweldige deal bieden. Eentje die echt interessant voor je kan zijn. Ik heb het voor de duidelijkheid niet over de formatie dus, maar over de crematie natuurlijk. Daarom bel ik je.”
“?”
“Jesse? Hallo?”
Der Kaiser keek naar de verbroken verbinding en nam weer een zeeheldhaftige pose aan, want potverdrie het moest het grootst mogelijke beeld ooit worden.
“Met Marcos …. Jesse? Ben jij … Wat zeg je? … Nou, nou, nou … En toch zou ik luisteren naar wat hij je te bieden heeft hoor.”
“Sorrie Mark, maar ik vind dit buitengewoon ongepast. En als je me hier niet in wilt steunen, zie ik geen verdere grond meer om samen door te gaan.”
“Je bent emotioneel Jesse en dat gunnen we je ook. Maar wat kan ik dan voor je doen?”
“Op z’n minst er voor me zijn!”
“Mmm. Okay, okay… ik ben er voor je. Ik nam toch op?”
Jesse bracht zijn ongenoegen over en dat hij niet gediend was van deze ordinaire lijkenpikkerij en stelde Marcos voor het hakblok. Of der Kaiser weg of no deal.
“Sjesus Jesse! Dat ken je nie maken man!”, reageerde Marcos op zijn beurt emotioneel. Doch onderwijl texte hij Boema en Alexandertje over het meer dan royale aanbod van der Kaiser. Hun reactie was unaniem. Het was een zeer scherpe aanbieding, alleen hoe nu deze aan Jesse duidelijk te maken?
“Okay Jesse even van man tot man. Ik wil dat we elkaar even in de ogen kunnen kijken. Dus kunnen we elkaar ergens ontmoeten? Ik bedoel geen formatiegedoe, maar gewoon een menselijke ontmoeting.”
“Dank je Mark, dit waardeer ik zeer. Ik kan over uurtje in de stationsrestauratie zijn?”
“Jesse, we leven allemaal met je mee. Natuurlijk kan ik daar dan zijn. Ik neem wel Alexander en Boema mee, zij zijn ook zeer bezorgd om je.”
“Alleraardigst van ze. Ja, ik denk dat, dat wel okay is. Tot zo.”
En Marcos texte: ‘Helaas niet des Indes geworden. Wel over uurtje meet&greet, Holland Spoor.’
Hijgend en puffend liep der Kaiser de trap op. Hij was content over zijn poseersessie en nam bijna buiten adem plaats achter het bureau. Daar legde hij pontificaal beide verzadigde handen op het bureaublad en keek buitengewoon tevreden het Torenkamertje rond. Dat de formatie even stil lag, kwam hem goed uit. Zo kon hij buiten beeld zich het centrum van de macht verder eigen maken. En dit kamertje beviel hem zeer. Hij scrolde in zijn digitale agenda van zijn mobieltje en begon te bellen naar voormalige collegae. Het was tijd voor de volgende stap. Na de neoliberalisering van het parlement, was het moment daar; deze verder uit te rollen naar de buitenwereld. Het aloude verdeel en heers had hem geen windeieren gelegd. Zo was hij nu ‘de’ man geworden na het wegwerken van Ivo en dat Teefje had ie het bos ingestuurd om bonnetje te zoeken, die ie nooit kon vinden. Slinks had hij zijn verdere verdeel en heers met het stimuleren van Uber voor weten te bereiden. Nou was de rest van de taxiwereld aan de beurt. Al sinds zijn eigen dagen op de taxi droomde hij van een nationale beweging, die hem verder kon brengen. En hoe beter dit te doen, dan met zijn oude vertrouwde taxi? Die wereld kende hij door en door en hij hoorde aan de andere kant van de lijn; “met Uber?”
“Met der Kaiser. Hoe gaat het?”
“Beter dan voorzien. Het is gegaan zoals je hebt gezegd.”
En inderdaad door zich te onttrekken aan alle collectief sociale afspraken, kon Uber ver onder de marktprijs opereren en was in korte tijd buitengewoon succesvol geworden. De onzekerheid in de conventionele taxiwereld was daardoor nog groter geworden. Der Kaiser vond dat het nu tijd was; om zijn functie als Ubermens officieel te gaan bekleden.
“Ik wil dat je met al je Ubers bij het station gaat staan. Ga daar nog verder onder de prijs zitten en breng de oude taxiwereld de genadeslag toe. Begin bij Holland Spoor en van daaruit gaan we verder het land in.”
“Hoelang wil je dat we onder de prijs gaan zitten?”
“Net zolang totdat we die zelf kunnen bepalen.”
Daarna belde hij met het FNV en stelde zich voor als taxivertegenwoordiger die oprechte zorgen had.
Mocht hij niet direct het monopolie via Uber krijgen, dan zou hij in ieder geval als onderhandelaar in staat moeten zijn; om het beste van beide werelden uit te onderhandelen. Het was een winwin-scenario, dat ook zo voor hem in de uitvaart had gewerkt. Bovendien liep iedereen zo met ‘m weg, dat hij eigenlijk alleen zichzelf nog zeer integer vond handelen.
Hij stond op met een air van B&B, want onroerend goed zat ook al in zijn vat en begon de trap af te lopen. Hij moest er natuurlijk wel persoonlijk op toezien, dat het zou gaan zoals hij wilde. Hij besloot incognito te gaan uberen. En even later stapte hij in een zijstraat in zijn Mercedes en hoorde de vrouwelijke navigatiestem zeggen; dat hij de eerste rechts moest nemen voor bestemming Holland Spoor.
De mannen zaten aan het enig bezette tafeltje achteraf in de restauratie van Holland Spoor. Allen zaten met tranen in de ogen. Jesse had ze weten te overtuigen; dat die deal van der Kaiser op z’n zachtst gezegd een dubieuze was. Tot ver in de namiddag hadden ze elkaar in de ogen gekeken. En nu zaten ze met gemengde gevoelens in tranen de boel te verwerken. De tranen van Jesse waren bekend. Die van Marcos kwamen echter naar buiten rollen, omdat ie weer een vaderfiguur dreigde te moeten gaan missen. Alexandertje traande omdat ie eindelijk aan tafel met de grote spelers mocht zitten. En Boema gewoon omdat iedereen zich zo liet gaan.
Nadat de servethouder leeg was geplukt, voelden ze toch een zekere opluchting. Marcos kreeg zowaar een ouwerwetse stemming over zich heen; toen ie voorstelde ergens een hapje te gaan eten met z’n allen.
“Ik moet naar huis Mark”, zei Jesse.
“Wij ook Jesse, maar een mens moet toch eten?”
“Ja”, zei Boema, “een lichte maaltijd zal ons goed doen.”
“Nou vooruit”, zei Jesse kijkend naar de menukaart, “een kroketje dan.”
“Een kreketje! Een kreketje!? Oh nee, geen sprake van man. Neen, kom; we pakken de taxi. Ik ken een hele goeie Chinees in de stad.”
Het was algemeen bekend; dat ten tijde van Sammie de toko van Bang, ‘het’ favoriete restaurant van Marcos en Sammie was. Dat Marcos nu voorstelde om samen met hen daar een Chinesie te gaan pakken, was waarlijk zeer bijzonder. Zo bijzonder dat niemand meer aarzelde en de blazertjes werden aangetrokken.
“Ik betaal!”, zei Marcos bevrijd van formele agenda en als een kind zo blij, dat ie dat gevoel van toen weer terug kon voelen.
Hij wilde de draaideur open duwen, maar stootte zijn neus tegen het glas.
“Heu? Kijk nah zeg! Wat een gigantische mensenmassa? Waar komt die nou in ene vandaan?”
Boema klom op een tafeltje om door het bovenlicht te gluren en zei: “het is hommeles bij de taxistandplaats! Mensen vechten en rollen over straat?!”
“Nee!”, en de mannen klommen allen op een tafeltje; om de chaos beter te kunnen aanschouwen. Het was het gebruikelijke spitsuur, doch door het handgemeen der taxichauffeurs was de standplaats volledig geblokkeerd geraakt.
“Dan nemen we toch gewoon een Uber?”, zei Marcos en belde voor een Uber.
“Ja, maar hoe komen we dan door die massa op straat?”, vroeg Jesse zich af.
“Brassen!”, grijnsde Marcos en begon zijn knopen alvast van zijn blazertje te trekken.
“Brassen?”
“Ja Jesse. Invechten natuurlijk!”, sprak Alexandertje enthousiast, die ook zijn blazertje brasproef aan het maken was. Hij leegde zijn zakken en legde voorzichtig al zijn rode corpsballetjes van zijn telraampje op een tafeltje en het rekje zelf zette hij eronder.
“Wat is dat?”
“Brassen of te wel invechten Jesse. Dat doe je, als je ergens naar binnen wil waar ze je niet willen. Nou, dat kan natuurlijk niet. Oei, oei, oei; ik heb er ook enorme zin in heren! Want da’s lang geleden!”
Jesse rukte wat onwennig aan zijn revers en durfde niet te erkennen verder; dat hij nog nooit gebrast had.
Marcos en Alexandertje begonnen te gillen: “voor Leiden!”, en ze stortten zich beiden in de mensenmassa op straat. Boema gilde; “voor Groningen!”, en wierp zich er bovenop. Jesse mompelde daarop wat onwennig; “voor Roosendaal?”, en probeerde de mannen voor hem te volgen.
De zwaaiende armbewegingen van de voormalig Leidenaren en Groninger hadden meteen effect. Na de eerste verbazing begon nu de hele menigte mee te brassen en tot hele aktetasjes aan toe vlogen opengescheurd door de lucht.
“Hij zou om de hoek staan!”, gilde Marcos in de spontaan ontstane mêlee wild met zijn armen om zich heen zwaaiend.
“Wie?”, vroeg Jesse gillend terug, zijn handen om zijn hoofd vouwende ter bescherming. En hij probeerde voetje voor voetje zich op zijn hurken verder te bewegen.
“Die Uber!”, keek Boema achterom met een tevreden grijns net zo maaiende naar Jesse. Hij maaide zo maar een oud vrouwtje genadeloos opzij. Wild verder maaiend met hun armen werkten ze zich zo, bijzonder moeizaam doch wel gestaag, door de menigte. Er begon bloed te vloeien en tevreden hoorde der Kaiser over zijn scanner de paniekerige wanhoopskreten aan. Hij zag hoe Ubers wel heel veel meer dan de wettelijk toegestane hoeveelheid passagiers op begonnen te pikken. De traditionele taxistandplaats leek permanent geblokkeerd en de mensen begonnen hard om Ubers te roepen. Met finaal aan gort gescheurde blazertjes wisten de heren zich uiteindelijk aan de meute te ontworstelen. Ze kropen op geschaafde knieën die enorm massale braspartij uit. De adrenaline had hen zo’n kick gegeven, dat Boema een oerkreet brulde. Marcos heel hard zijn vuistje balde en Alexandertje heel hard; “jippie!” gilde. Jesse keek verbaasd naar de gevolgen van de strijd en voelde zich op een niet eerder ervaren wijze best wel trots. Ze klopten zich af en liepen de hoek om, waar hun Uber al klaar stond.
“Op naar de Chinees!”, en in de euforie herkenden ze pas tijdens het instappen, wie er aan het stuur zat.
“Jij?!”
“Kaiser!?”
Der Kaiser had niet verwacht deze heren op te pikken. Hij had er al een paar ritjes opzitten en dacht gewoon weer volgende informatie van zomaar een klant in te kunnen winnen. Tot nu toe was dit monitoren naar wens verlopen, maar dit had hij niet zien aankomen.
“Naar Bang”, zei Marcos, die als laatste instapte en der Kaiser gaf gas.
“Uitgerekend jij?”, begon Jesse op de achterbank boos. “Zeg het Mark, zeg dat ie plaats moet maken!”
Na een ongemakkelijke stilte drong Boema aan; “in Godsnaam Mark, voor het landsbelang?” Alexandertje zei niets, maar knikte wel instemmend.
De rest van de rit werd niet gesproken en na enkele minuten stopte der Kaiser bij het restaurant van Bang.
“Als je het niet doet”, sprak Jesse toen ie uitstapte, “dan weet ik genoeg.”
“Het is nu of nooit Mark”, stapte daarna Boema uit. En Alexandertje zei bij het verlaten van de Uber; “ik wil echt heel graag ook eens gaan Chinezen Mark, dus …”
“Eh Kaiser … ik denk, dat je niet op ons hoeft te wachten.”
“Uitstekend, dan app je maar als jullie klaar zijn.”
“… Eh … Ik denk niet, dat je me helemaal begrijpt. Er is eindelijk een opening hier. Ik wil dolgraag demissionair premier af zijn en weer gewoon premier. Enne, nou gaat dat niet zolang jij … ja, zolang jij achter het stuur zit.”
“Der Kaiser zei niks, doch klemde zijn vingers steviger om het stuur.
“Het is maar voor even Kaiser. Ik zeg dat ik je naar huis heb gestuurd, voor nu, akkoord? Als alles wat rustiger is geworden, dan zie ik je uiteraard graag terug. Maar de emoties zijn nu zo hoog opgelopen, dat we heel snel een regering nodig hebben. En dat kan nu. Er staat maar een enkeling in de weg naar de zo gewenste stabiliteit en het spijt me echt hoor. Maar dat ben jij, helaas pindasaus.”
“Ik begrijp het”, wist der Kaiser er nog net uit te brengen, toen Marcos als laatste uitstapte. In zijn achteruitkijkspiegel zag hij nog hoe de aanstaande kabinetsleden naar binnen liepen en hij werd boos. Heel erg boos. Hij sloeg keihard tegen het dak aan. Wel drie keer echt heel hard en snel achtereen en gilde buiten zinnen; “er is maar 1 Ubermens en dat ben ik!”
Snel herpakte hij zich daarna en begon naar huis te rijden. Toen hij de auto parkeerde achter het crematorium, was hij er uit. Hij opende zijn air B&B-app en begon de gewenste gegevens in te voeren; torentje te huur voor Uw ideale stedentrip ...
Hij werd echter onderbroken door een inkomend mailtje van het FNV, dat hem dringend verzocht te komen onderhandelen in de ontstane taxi-oorlog en hij glimlachte. Dat ging hij gewoon doen. En ook daar bleef hij niets verkeerds in zijn handelen zien. Hij zou hieruit sterker terugkomen. Maar niet eerder nadat hij met het volste vertrouwen zou gaan staan op een uitgebreid integriteitsonderzoek; dat hem ongetwijfeld vrij zou pleiten. Als een feniks zou hij herrijzen en begon zelfs stiekem al te denken aan nieuwe kleren.